Zwerven in Friesland (35)
Van Húns naar Leons en weer naar Húns
Deel 3 en slot van een bijzonder drieluik.
Wat kunnen de dingen soms mooi lopen in het leven. Onverwachte ontmoetingen leiden vaak naar nieuwe wegen. Met dat ik begonnen ben met dit kerkenpad door Friesland en Groningen werd een zaad geplant, door weer en wind is deze met de tijd uitgegroeid tot een aardig boompje en kent inmiddels vele takken.
De afspraak met koster Klaas, die dus óók de sleutel van de 13de eeuwse Sint Nicolaaskerk van Húns beheert, werd meteen de dinsdagmiddag erna gemaakt.
Vanuit een dichte mist reed ik naar Húns waar het iets helderder was. De aanblik van de kerk was zo een stuk soberder dan op 5 dec. Klaas was er al naar toe gefietst en voordat ik de auto nog maar was uitgestapt begon hij al te vertellen (grapje). Zijn enthousiasme werkt aanstekelijk al zou het ook andersom kunnen zijn.
Met dat je de toren binnenkomt zie je meteen het werk van de smaakvolle schilder. Een matte, licht vlekkerige niet te benoemen rood/bruinachtige kleur brengt je in de juiste stemming. Immers het is het voorportaal naar de schatkamer. En inderdaad…hoe mooi kan eenvoud zijn en hoe bepalend de gekozen kleuren.
Over de gedetailleerde geschiedenis is genoeg te vinden. Ik luister naar de heerlijke dorpse verhalen van mijn gastheer vanaf de tijd dat hij hier aantrad en een puinhoop aantrof.
Plannen voor restauratie lagen al klaar en werkelijk …wat is dit goed uitgevoerd. De originele verschillende tinten groen ademen een warme toon. Ik zie een opmerkelijke extra leuning op enkele banken zodat er een soort kinderzitje ontstaat.
Er hangen acht authentieke 19de eeuwse olielampen die ieder jaar uiterst zorgvuldig gepoetst worden en om de sfeer helemaal kompleet te maken wordt er één aangestoken. Het is een meditatief ritueel. Toen de koster hier voor het eerst kwam zag hij een oude vrouw van boven de 80 die de rok optilde, op de banken klom en de lampen aanstak. Je ziet het zo voor je…opa geeft haar met een knipoog nog een extra zetje omhoog….
De preekstoel dateert uit de 17de eeuw. Ook deze niet te benoemen kleur is authentiek, de ene keer diep groen en dan weer blauwachtig algelang de lichtval. Ik hou van de rustige strakke vorm en de neo klassieke (?) pilaarmotieven.
Om het hele interieur in beeld te krijgen sluiten we het unieke 17de eeuwse doophek dat zo één geheel vormt met de voorste kerkbanken. Van achter het doophek kijk ik op een gebeeldhouwde grafzerk van priester Sibren Jacob, overleden in 1577. Op de zerk zie je een uniek en puntgaaf symbool van een hostie die in de kelk wordt gedoopt…of nog net niet. Wellicht staat dit voor de eenwording met Christus.
Van de organist wordt een slank figuur en enige lenigheid verwacht. Via een ladder klimt hij omhoog naar zijn Hardorfforgel van 1875. Ook moet hij nuchter zijn want de overstap naar de galerij is niet zonder gevaar. Ik volg zijn gang en kijk door een sierlijk rasterwerk naar het koor. Naast het orgel staat een stoel die is gereserveerd voor de luchtvoorziener. De lucht gaat niet middels trapbewegingen de orgelpijpen in maar met een handpomp. Dit lijkt me een handeling waarbij een slappe lach tussen die twee op de loer ligt.
Tijdens de restauratie vond Koster Klaas nog een oude roestige wijzerplaat uit 1888. Een pak yoghurt en wat poetswerk was voldoende om de aanslag op te lossen en nu tikt het uurwerk stilaan voort, weliswaar niet middels een fijn raderwerk maar gevoed door een 20ste eeuwse batterij.
Het doophek gaat weer open, we schuiven de altaartafel terug op zijn plek alsook de lessenaar …. de olielamp wordt met één ademtocht gedoofd. De overgang van het warme nest naar de nevelige buitenwereld is groot.
Ik bedank mijn gastheer en weet nu al dat we elkaar vast eens weer zullen treffen, op een mooie zomerdag, wanneer de liturgische kerktuin van het kosterspaar in Leons in volle bloei staat.
De opkomende mist hult deze oude plek in een tijdloze en karakteristieke sfeer.
Van Húns naar Leons en weer naar Húns
Deel 1 van een bijzonder drieluik.
Onderweg naar Húns rij ik door een landschap van uitgestrekte weiden en tal van dorpen met elk hun typische kerktoren als baken voor de thuiskomer. Deinum, Blessum, Boksum, Hilaard, Bears…ze trekken allemaal aan mijn oog voorbij en staan er als pionnen verspreid op een schaakbord.
Mijn tweede en laatste doel is de Sint Nicolaaskerk van Húns. Met dat ik de smalle weg naar het dorp met 110 inwoners indraai wil ik parkeren en de rest lopen, maar het is te smal en de sloot is geen optie. Bij een oude school, dat zo te zien nu een atelier is, kan ik mijn auto kwijt.
Ik loop eerst het dorp weer uit naar de hoofdweg om direct weer om te keren en de sfeer van de nadering te ondergaan. Je komt het dorp op z’n middeleeuws binnen. De twee panden voor en naast de opgang naar de kerk vormen een straat die je zo zou willen doortrekken het oneindige in, immers het is een opgang.
Geboeid kijk ik naar de vele oude kale en grillige bomen en de groen uitgeslagen zerken. Schaduwen vullen de grauw gepleisterde zuidwand van de kerk. Het is windstil, anders zou de muur het decor zijn van dansende nimfen of andere fantasierijke figuren en wezens. Nu staan ze in bevroren houding afgebeeld alsof ze plotseling zijn stilgezet.
Het lijkt of men halverwege het pleisteren heeft besloten om de met gele kloostermoppen gemetselde noordzijde in originele staat te houden. De grens werd in het midden van het koor getrokken. Ik voel aan de deur en drommels… ook de tweede Sint Nicolaaskerk is gesloten. Alles ademt ouderdom, wat had ik graag even binnen gekeken.
Ik zie geen verwijzing naar een sleutelbewaarder en loop nog een rondje langs de sfeervolle huizen die als een hoefijzer aansluiten op de hoge terp met daarop de kerk. In de u-vorm ligt een ruim grasveld. Wat een schitterende plek..verstopt voor de wereld, levend in een sfeervolle besloten kring, althans…zo lijkt het voor deze buitenstaander.
Twee Sint Nikolaaskerken en elk in een totaal verschillende sfeer, gemeenschappelijk noemer was de dorpsgrootte en dit verbaast mij telkens weer. Vlak bij Zwartsluis ligt ook zo’n heerlijk mystiek gehucht : Zwartewatersklooster. De naam verwijst naar een 13de eeuws klooster en kerk. Slechts de oude kloostermoppen die verwerkt zijn in een boerderij herinneren er nog aan. Hier in Friesland is het vergeven van de ‘Zwartewaterskloosters’, maar dan mét kerk. Het was de juiste keuze voor deze 5e decemberdag. Dik tevreden keer ik huiswaarts.
Met dat ik vanaf de smalle dorpsweg de hoofdweg wil opdraaien glundert de kerktoren van Leons mij aan de overkant toe. Dit kadootje gun ik mijzelf nog en in plaats van af te slaan rij ik rechtdoor….als door een onzichtbare Kracht gedreven.
Húns ligt ten zuidwesten van de stad Leeuwarden De dorpskern ligt even ten noorden van de N359. Ten zuiden ervan ligt verspreidde huizen tot aan de Bolswardertrekvaart. In 2018 telde het Húns 115 inwoners. Onder het dorp valt deels de buurtschap Rewerd.
Nicolaaskerk
KERK HÚNS
De Nicolaestsjerke van Húns is gebouwd rond 1200 en staat op een van de hoogste terpen van Fryslân. Evenals Leons behoorde deze aan het klooster van Monnike-Baijum. Het is een eenbeukige met gele kloostermoppen opgetrokken dorpskerkje, met een rondgesloten koor. Veel boeiender zijn de noord- en de westzijde. Aan de noordzijde zijn de muren opgebouwd met grote gele kloostermoppen, soms afgewisseld met rode steen. In de noordzijde zit één spitsboogvenster. Ook zien we hier twee dichtgemetselde ingangen: een rondbogige uit de bouwtijd en een spitsbogige uit later eeuwen. De zuidmuur laat een viertal spitsboogvensters zien en is in de 19e eeuw bepleisterd. Aan de noordkant, ongeveer 10 centimeter onder de dakgoot, zijn nog zogenaamde “keperfriezen”te vinden. De kerk is romaans gebouwd, maar onderging in de tijd van de gotiek(tussen 1350 en 1600) meerdere veranderingen. De luidklok is veel ouder: die werd in 1619 gegoten door Hans Falck. De toren draagt aan de dorpskant een wijzerplaat. Het kerkinterieur bestaat uit: Een preekstoel (geverfd) en voorname eiken banken uit de 17e eeuw, o.a. een grafzerk uit 1577 van pastoor Sippe Japicksz en verder zerken uit de 17e eeuw.Tot 1846 had de kerk een zadeldaktoren, die naderhand werd vervangen door de houten ombouw met kleine spits. Het orgel gebouwd door Willem Hardorff in 1875 dat afkomstig is uit de kerk van Leons en sinds 1961 in de kerk van Húns gebouwd. De Nicolaestsjerke en het orgel hebben een grondige restauratie ondergaan in 2013. Het logo laat het kerkje van de noordzijde zien. Rondom monumentale in bloei staande kastanjebomen, te midden van een weids landschap, in de voormalige gemeente Littenseradiel nu Gemeente Leeuwarden in de provincie Fryslân.
Het orgel gebouwd door Willem Hardorff in 1875 dat afkomstig is uit de kerk van Leons en sinds 1961 in de kerk van Húns gebouwd. De Nicolaestsjerke en het orgel hebben een grondige restauratie ondergaan in 2013.
Via een loopbrug in het gewelf van de kerk kan dat alles prachtig overzien worden.
Hieronder nog wat foto's van de restauratie 2012 - 2013